De uitgang van het doolhof

De uitgang van het doolhof

Toen hij achttien was liep Billy Nolan weg van de koopvaardijvloot. Vijfendertig jaar lang was hij verslaafd aan alcohol. Twintig jaar lang zat hij voor de deur van Holy Trinity Brompton te drinken en om geld te bedelen. Op 13 mei 1990 keek hij in de spiegel en zei tegen zichzelf: "Je bent niet meer de Billy Nolan van vroeger." Om het in zijn woorden te zeggen, hij vroeg de Heer Jezus Christus om in zijn leven te komen en sloot een verbond met Hem dat hij nooit meer alcohol zou drinken. Sinds die dag heeft hij geen druppel meer aangeraakt. Zijn leven veranderde volkomen; de liefde en vreugde van Christus spatte van hem af. Ik zei op een dag tegen hem: "Billy, je ziet er gelukkig uit." Hij zei: "Ik ben ook gelukkig, want ik ben vrij. Het leven is als een doolhof en ik heb eindelijk de uitgang gevonden dankzij Jezus Christus."

Augustinus schreef dat God de meester is 'in wiens dienst volmaakte vrijheid te vinden is'. Dit is een enorme tegenstelling. Veel mensen denken dat ze hun vrijheid verliezen als ze God dienen. Maar het tegendeel is waar. Als we voor onszelf leven is dit eigenlijk een soort slavernij. God dienen volgens 'de nieuwe orde van de Geest' (Romeinen 7:6) is de weg naar volmaakte vrijheid; de vrijheid om een band te hebben met Hem en om te zijn wie je diep van binnen graag wil zijn.

273