Wennen aan de ellende

Wennen aan de ellende

Wennen aan de ellende

In een grote stad ergens in Engeland kwam in de vorige eeuw een nieuwe predikant wonen.  

Op zondagmorgen keek hij uit het raam dat uitkeek op de straat, achter de kerk. Hij zag moeders die op kinderen scholden. Hij zag een man op straat zijn roes uitslapen. Hij zag een prostituee die de deur sloot na een nacht hard werken. Op straat lagen her en der drugsnaalden. Hij kreeg tranen in zijn ogen. 

Toen de ouderling van de kerk dat zag, legde hij zijn hand op de schouder van de dominee en zei: "Stil maar, broeder, over een maand ben je er wel aan gewend." 

De dominee keek hem aan en antwoordde: "Daar huil ik juist om, omdat ik weet dat ik hier aan ga wennen...".

273