De binnenkamer

De binnenkamer

"Maar gij, wanneer gij bidt, ga in uw binnenkamer, sluit uw deur en bid tot uw Vader in het verborgene; en uw Vader, die in het verborgene ziet, zal het u vergelden" (Mattheus 6:6).

In het verleden heb ik aan anderen geleerd dat vanwege de eisen van de zorg voor een inkomen wij overal een "binnenkamer" kunnen hebben: in de auto, in de bus, tijdens een pauze. In zekere mate is dat ook waar, maar er komt meer bij kijken. Het Griekse woord voor "kamer" in dit vers betekent een "privé vertrek, een geheime plek". Dit was duidelijk voor de toehoorders van de Heere Jezus, vanwege het feit dat de huizen in die tijd voorzien waren van een binnenkamer die diende als een soort voorraadkamer.

Jezus' opdracht was om als individu die kamer binnen te gaan en de deur achter je te sluiten. Daar zul je een gebed in gaan die niet mogelijk is in de gemeente of met een gebedspartner. Jezus stelde ons een voorbeeld als hij naar afgelegen plekken ging om te bidden. Keer op keer vertelt de Schrift ons dat hij "zich afzonderde" om tijd in gebed door te brengen. Niemand had een drukker leven, omdat Hij continu gepusht werd door de noden van iedereen om Hem heen, Hij had zo weinig tijd voor zichzelf. Maar toch wordt ons gezegd "En vroeg, nog diep in de nacht, stond Hij op en ging naar buiten en Hij ging heen naar een eenzame plaats en bad aldaar" (Marcus 1:35). "En toen Hij de scharen weggezonden had, ging Hij de berg op om in de eenzaamheid te bidden. Bij het vallen van de avond was Hij daar alleen" (Matteüs 14:23).

We hebben allemaal excuses waarom we niet in ons eentje zouden bidden in een geheime, speciale plaats. We zeggen dat we niet zo'n kamer hebben, of dat we er geen tijd voor hebben. Thomas Manton, een puriteinse schrijver, zegt het volgende: "We zeggen dat we geen tijd hebben om in het verborgene te bidden. Maar we hebben wel tijd voor al het andere: tijd om te eten, om te drinken, voor onze kinderen, maar geen tijd voor datgene wat al het andere omvat. We zeggen dat we geen binnenkamer hebben, maar Jezus vond een berg, Petrus een dak, de profeten de wildernis. Als u van iemand houdt, dan zult u een plaats vinden om alleen met diegene te zijn".

Ziet u het belang ervan in om uw hart erop in te stellen om te gaan bidden op een geheime plaats? Het gaat hier niet over wetticisme of gebonden zijn, maar over liefde. Het gaat over Gods goedheid naar ons toe, Hij ziet wat er op ons afkomt en weet van de voorzieningen die wij dagelijks nodig hebben. Dit alles is te vinden in die binnenkamer bij Hem.

266