De kloof zonder brug

De kloof zonder brug

"En boven dit alles, tussen ons en ulieden is een grote kloof gevestigd, zodat degenen die van hier tot u willen overgaan, niet zouden kunnen, noch ook die daar zijn, van daar tot ons overkomen." Lucas 16 : 26.

Gedurende de laatste maanden werd ik er toe geleid de zilveren bazuin te blazen, en het geklank der liefde en de goedertierenheid Gods in Christus te doen horen. Ik heb u menigmaal de volle Christus voor ledige zondaren gepredikt, en het vrije en genaderijke der goddelijke bekendmaking doen horen, die in het Evangelie ook tot de voornaamste der zondaren is gericht. Ik heb hieromtrent niet geaarzeld u de volle raad Gods te verkondigen. Doch thans gevoel ik mij gedrongen op de ruwe ramshoorn te blazen, want onze hoorders moeten somwijlen herinnerd worden aan de wet en aan de verschrikkingen Gods, en aan het komend oordeel. Wij hebben de ervaring, dat de prediking van het oordeel grotelijks door God wordt gezegend. Wij hebben gezien, dat zeer velen tot bekering zijn gekomen door middel van die prediking, waarin met plechtige nadruk gewezen werd op Gods toorn tegen alle ongerechtigheid. Een onweer zuivert de lucht. Er zijn pestilentiën, die onder de vleugelen der kalmte zouden broeden, en alleen door bliksemschichten uitgezuiverd kunnen worden. Als God zijn dienstknecht zendt met zware tijdingen, dan zal zijn boodschap der verschrikking de geestelijke atmosfeer zuiveren, en de traagheid, de hoogmoed, de onverschilligheid, de ongevoeligheid doden, die anders de gemeente zou bevangen. Gelijk de scherpe naald de weg bereidt voor de draad, zo bereidt de hartdoorborende wet een weg voor de zilveren draad van Gods genade. Het lancet is even nodig als de helende balsem. De wet is onze tuchtmeester om ons tot Christus te brengen. Gelijk de oude Griekse leermeester de knaap naar school bracht, zo brengt de wet ons tot Christus, die ons onderwijst en ons wijs maakt tot zaligheid.

Zij, die ten tijde der Puriteinen de wet predikten, zo wel als het Evangelie, waren de meest vruchtbare zielenwinners. Wij zien onze gezegende Heere en Meester, wiens hart overvloeide van barmhartigheid, en wiens natuur liefde was, zeer dikwijls verwijlen bij het komende oordeel; ja zijn woorden zijn schrikkelijker dan de brandendste bedreigingen op de lippen der zieners vanouds. God geve, dat de uitwerking, die ik zo vurig begeer, heden moge volgen op de last des Heeren, die mij thans nog zo zwaar op het hart drukt. Moge de Meester zich heden een zaad uitlezen, dat verlost zal worden van de toekomende toorn, en tot in alle eeuwigheid het loon zal wezen van de arbeid der ziel van onze Verlosser. Heft uwe harten op tot God, gij die Hem kent en macht bij Hem hebt, en vraagt dat de Geest Gods thans krachtig moge werken, opdat harten verbroken, en zondaars tot Jezus geleid mogen worden. "En boven dit alles, tussen ons en ulieden is een grote kloof gevestigd."

Het menselijk vernuft heeft zeer veel gedaan om grote kloven te overbruggen. Er is in de wereld nauwelijks een rivier zo breed, of de mens heeft het middel gevonden over hare wateren heen te komen; er is geen bergstroom zo wild en onstuimig, die het menselijk vernuft niet onder het juk heeft weten te brengen. Hoog boven het schuim van Columbias prachtige waterval heeft de mens zijn ranke, doch hechte ijzeren weg gelegd, en de stoomfluit van de locomotief wordt boven de Niagara gehoord. Enige dagen geleden zag ik de eerste kettingen, die de diepe kloof overspannen door welke de Bristol Avon te Clifton vloeit. De mens heeft zijn hangende brug geworpen over de afgrond, en weldra zal hij kunnen reizen over plaatsen, waar voor een wijle slechts vogels over heen konden vliegen. Doch daar is een afgrond, waarover geen bekwaamheid van de ingenieur een brug kan leggen; daar is een kloof, waar ook geen gevleugelde over heen kan; het is de afgrond, door welke de wereld der vreugde, waar de rechtvaardigen triomferen, gescheiden wordt van het land der smart, waar de goddelozen de scherpte gevoelen van het zwaard van God. Welke andere redenen er nu ook zijn, waarom de rechtvaardigen in de toekomstige staat geen gemeenschap hebben met de goddelozen; er is behalve die redenen, welke elk op zichzelf zeer gewichtig en volkomen afdoend kan wezen, een grote kloof gevestigd, zodat er geen weg is om van de ene wereld in de andere te komen.

Klik hier om de hele preek te lezen: https://www.holyhome.nl/spurgeon-luk1626.html

269